Cryotherapie (bevriezen)
Is een techniek om oppervlakkige huidletsels te behandelen. Omdat vooral de opperhuid gevoelig is voor koude, en de onderliggende structuren veel minder, kunnen huidletsels behandeld worden zonder of met minimale littekenvorming.
Wat kan ermee behandeld worden?
Goedaardige oppervlakkige letsels zoals gewone wratten waterwratjes (mollusca), ouderdomswratten, lentigo ( zonnevlekken),voorlopers van kwaadaardige tumoren: actinische keratosen, Morbus Bowen …
Hoe verloopt het?
Met een wattenstaafje wordt een koude vloeistof op de huid aangebracht. Dit gaat gepaard met een prikkend tot brandend gevoel (afhankelijk van de plaats op het lichaam en de duur van de behandeling ). Nadien zal in de uren en dagen erop een zwelling en naargelang de diepte van bevriezing – eventueel zelfs een korst of forse blaar ontstaan, die spontaan opdroogt en heelt over 10-20 dagen. Genezing komt sneller in het gelaat dan op de romp of ledematen.
Nabehandeling
- Bij oppervlakkig bevriezen is geen nabehandeling nodig. Nadien zal in de uren en dagen erop een roodheid en zwelling ontstaan, eventueel zelfs met korstvorming, die spontaan opdroogt en heelt over 10-20 dagen.
- Bij het onstaan van blaren of oppervlakkige wondjes kan het nuttig zijn te verzorgen met een ontsmettingsmiddel in waterbasis ( isobetadine, HAC, diaseptyl ..) of een ontsmettende creme (flamigel, fucidine, affusine, …)
- forse blaren mogen opengeprikt worden
- na behandeling moet de zon zoveel mogelijk vermeden worden gedurende 6 – 8 weken.